Mensen zijn doorgaans sterk gemotiveerd verbindingen te maken. We zoeken nabijheid en wisselen ideeën, verhalen en gevoelens uit.

Gevoelens benoemen die we hádden, lukt goed: ‘wat was dat een ellende!’  We vallen anderen ook snel bij in hun uitspraken: ‘oh ja, lijkt me vreselijk!’ Of we spreken schande: ‘Heb je het gehoord..! Wat een schandaal!’

Ook al zijn het signalen van belangrijke onderliggende verlangens, we gaan moeizamer om met actuele authentieke gevoelens: blij, boos, verdrietig of bang. We gooien er wel eens wat uit, maar bespreken is lastig: teveel kansen op misvattingen en teleurstellingen.

Oefenen met die actuele energie in dat ‘huidige moment’, die eigen betrokkenheid ter plekke: het is de belangrijkste doelstelling van onze ‘interactuele training’.